rekenkamers, meten is weten

02 juli 2010 door Willem Schneider

Tijdens de voorbereiding van deze column ging ik op zoek naar een invalshoek om vanuit historie een vergelijking te vinden naar het heden. Dat is niet altijd gemakkelijk.  Ik was een tijdje geleden een boekje tegengekomen over ; Eilanden en waarden in kaart en beeld.  Het was een uitgave van een tentoonstelling over kaarten. Cartografie van voor de laatste overstroming in 1953. In de uitgave kwam al naar voren dat er niet al te veel kaarten van voor de eerdere grote overstromingen bewaard waren gebleven.

Voor ons gebied van de Zwijndrechtse waard en Dordrecht, het gebied Drechtsteden, kwamen de namen van de rivieren de Dubbel, de Maas en Merwede en  Waal naar voren. Door alle overstromingen veranderde er nogal wat in de loop van die rivieren of verdwenen deze . Cartografie is iets wat vooral na 1500  opgepakt werd door Gemma Frisius, een geboren Fries, die later in Belgie aan de universiteit van Leuven les ging geven. Jacob van Deventer vader der nederlandse cartografen was waarschijnlijk een van zijn leerlingen.

Op een van de kaarten van  Jacob van deventer stuitte ik in de uitgave  van de tentoonstelling van destijds. Op de kaart van het gebied Zeeland/Zuid Holland vond ik de Zwijndrechtse waard waarin Heerjansdam Schobbelandambacht, Oudelandsambacht, HIAmbacht en Zwijndrecht te vinden waren. Opmerkelijk in de beschrijving van de uitgave was de latere cartografie waarbij vooral van landmeters gebruik gemaakt werden. De landmeters werkten vooral in opdracht van de rekenkamer, meten is weten. Dat laatste vond ik wel interessant.

Vandaag de dag doet een rekenkamer iets heel anders dus dan destijds. Toch zijn er wel veel overeenkomsten. Zo onderzoekt de hedendaagse rekenkamer allerlei zaken die meetbaar zijn aan de hand van dossiers. Dat meten deed de vroegere landmeter ook. Er is ook wel de term wijnroeier voor de oude landmeter. De gedachte bij wijnroeier is eerder iemand die heel veel drinkt en dat zie ik wel eens bij notabelen. De landmeter had als basis een wiskundige achtergrond en bracht vooral landmeetkundig de grond in kaart. Op basis van die metingen kan zo belasting de onroerend zaken belasting geheven worden.


De rekenkamer van vandaag de dag is vooral een controlerend systeem binnen de gemeenten. Sinds de dualisering in de politiek kennen veel gemeenten een rekenkamer die allerlei onderzoeken verricht. De Zwijndrechtse rekenkamer bestaat nu al meer dan tien jaar en onstond vooruitlopend op de veranderingen in de politiek Dordrecht en HIAmbacht volgden later. Dordrecht heeft een tijd een Ambachter als voorzitter gehad van de rekenkamer en een onderzoeker ook uit het Ambachtse teweten mijn column collega van ambacht.net. Je zou daaruit kunnen verwachten dat er veel samenwerking zou ontstaan tussen de rekenkamers maar dat is nogal tegengevallen.

De rekenkamers van het verleden deden dus veel meer als de rekenkamer van vandaag. De hedendaagse rekenkamer doet vooral vanuit onderzoeken aanbevelingen waarmee gemeenteraden de colleges de wacht mee kunnen aanzeggen als dingen niet goed gaan of ze natuurlijk een pluim geven als het wel goed gaat.  De hedendaagse rekenkamers zijn onafhankelijke instituten. Als je naar de samenstelling kijkt is er nogal een verschil in nederland. Zwijndrecht kent een samenstelling met een onafhankelijke voorzitter en een onafhankelijk lid aangevuld met leden vanuit alle fracties van de gemeenteraad en een grifier die zorg draagt voor notulen en aanverwante regelzaken.
In HIAmbacht doen ze ook zoiets. In Dordrecht is dat een geheel onafhankelijke dienst.


Over dat thema is tijdens het congres vanwege het tienjarig bestaan van  de Zwijndrechtse rekenkamer nog een aardige discussie geweest.   Daarnaast is er  dan ook nog een discussie gaande over de vele functies die rekenkamerleden bij elkaar hebben. De voormalig voorzitter van Dordrecht was ook voorzitter in Alblasserdam en lid van andere rekenkamers. Ook de Zwijndrechtse voorzitter heeft in nederland meerdere functies binnen rekenkamers. Toch is er zo ook wel discussie over de meervoudige functie van de taxateurs van heden ten dage. Makelaars die een taxatie uitvoeren ten bate van de OZB. Hoe zuiver is dit.

De eerste cartografen waren dus vooral mensen die op kaarten vastlegden hoe de werkelijke situatie op dat moment was. Ze deden dat vooral voor de notabelen van dat moment. Er zijn natuurlijk ook heel veel landschappen vastgelegd door kunstenaars aan de hand waarvan veel kennis omtrent de historie van een gebied is vastgelegd. De talrijke waarnemingen door de verschillende mensen van heden en verleden beschrijven in ieder geval hoe zaken verlopen zijn. Wat opvallend is in de publicatie waarmee ik begonnen ben is dat het gaat om de wiskundige vaststelling. Weliswaar spreekt men ook vanuit geologisch oogpunt maar is men meer op zoek naar de namen van dorpen van weleer.

Het tuinpad van mijn vader om maar een mooie uitdrukking te gebruiken. De hedendaagse rekenkamer verhaald veel meer over de recente ontwikkeling. Ik voor mij hanteer graag de hedendaagse uitgangspunten, de waarnemning van de schilders van weleer aangevuld met de landmeetkundige gegevens met als belangrijkste onderlegger de geologie. De rivierlopen vertellen vaak heel veel. Zo weten we waar de dubbel uitmonde tegenover Zwijndrecht en hoe het Waaltje doorliep naar Charlois. Zo kennen we ook de verloop van de donken door de Zwijndrechtse waard die via Ridderkerk doorliepen naar de Albasserwaard.


Opvallend is in ieder geval de weinige wil om samen te werken. Als de bedijking niet zo aangepakt was in 1331 dan had dit gebied  er duidelijk anders uitgezien. De bedijking en de landmeters hebben wel duidelijkheid geschept en belastingheffing effectief gemaakt. De instelling van de rekenkamers voor gemeenten in 2007 hebben doelmatige controle weer mogelijk gemaakt. Wie alleen interresse heeft voor mooie oude kaarten kan zijn hart ophalen in de oude cartografie.

Wie meer interesse heeft in de geologische verwording van dit gebied kan in Dordrecht op de reeweg bij het geologisch museum terecht en wie liever de schilderkunst gaat bekijken moet beslist in de diverse musea gaan kijken en het dichtsbij is het dordts museum. Het mooiste op de kaart van jacob van Deventer, die uit Kampen kwam, is Heerjansdam. De Heerjansdammers die in de Zwijndrechtse raad zitten zouden natuurlijk kunnen denken dat er destijds al verborgen opdrachten in die kaarten zouden zitten voor herindeling. Wat wel blijkt uit het heden dat de Heerjansdamse landmeters niet zo nauwkeurig werkten en hun dossiers bijhielden.


Zij kunnen echter uit deze kaarten leren dat een gemeente Zwijndrechtse waard geologisch logisch is. Overigens wil de gemeente barendrecht in het heden het dorp heerjansdam nog niet gratis hebben. En met de huidige stand van zaken met de Volgerlanden lijkt het nog maar kort voordat die gemeente Zwijndrechtse waard gestalte gaat krijgen. Maar je weet het maar nooit want zoals de waard is vertrouwt hij zijn gasten, ik heb  vertrouwen in de Zwijndrechtse waard als raadslid, rekenkamerlid, columnist en publicist.
 

Gerelateerde wijken:
Gerelateerde straten:
Cookies

Deze website gebruikt noodzakelijke cookies voor een correcte werking en analytische cookies (geanonimiseerd) om de statistieken van de website bij te houden. Marketing cookies zijn nodig voor laden van externe content, zoals YouTube-video's of widgets van Sociale Media. Zie ons cookiebeleid voor meer informatie, of om je instellingen later aan te passen.